In de CAO 2018/2019 is ingezet op werkdrukvermindering voor de docenten. Dit wordt gerealiseerd door het verlagen de maximale lestaak en het toekennen van ontwikkeltijd (CAO art 8.2.2 e.v.) ingaande schooljaar 19/20.
Om hiervoor ruimte te creëren wordt er gesproken over een beweging naar lessenreductie via aanpassing en vernieuwing van het onderwijsprogramma – inclusief de lessentabel.
In Foleta is de ontwikkeltijd voor schooljaar 2019 - 2020 e.v. verwerkt.
Inleiding
Ontwikkeltijd is ingevoerd om docenten meer tijd te geven om aan onderwijsontwikkeling te besteden. De ruimte hiervoor ontstaat door het verminderen van de contacttijd voor lessen. Concreet betekent dat 30 uur minder contacttijd (van 750 naar 720) en 20 uur minder voor voor-en nawerk van die lessen. Zo ontstaat er een ruimte van 50 klokuren voor ontwikkeltijd.
Als de maximale lestaak van de docent vermindert en het totaal aantal lessen voor leerlingen gelijk blijft, dan zullen er extra docenten nodig zijn. Dat betekent een grote stijging van de kosten (ongeveer 4%). Hiervoor is geen extra budget toegekend.
In de CAO worden dan ook mogelijkheden besproken om de hoeveelheid tijd die docenten aan lessen besteden te verminderen terwijl de onderwijstijd voor leerlingen gelijk blijft. Dit kan bijvoorbeeld door het geven van hoorcolleges, instellen van facultatieve lessen, stages of door gebruik te maken van zelfstudie.
De onderwijstijd blijft dan gelijk terwijl de inzet in uren van docenten vermindert.
De verlaging van de contacttijd van de docent van 750 naar 720 uur kan gerealiseerd worden door het maximale aantal lessen van de docent te verlagen.
Ook kan er gekozen worden om minder weken les te geven of de lesduur te verlagen. Dit heeft direct effect op de onderwijstijd van de leerlingen waar dus een compensatie voor gevonden moet worden (bijv. door extra zelfstudie of stage als onderwijstijd).
Verwerking
Met betrekking tot de inrichting van Foleta spelen een aantal zaken hierin een rol:
- Voor de docent komt 50 uur ontwikkeltijd beschikbaar.
- In S2.2.8 Takenlijst kunnen taken aangemaakt worden met de taaksoort ontwikkeltijd.
- De maximale lestaak wordt met 30 uur verminderd indien deze 750 uur of meer is (van 750 naar 720 uur, of 760 naar 730, etc.).
- De ontwikkeltijd wordt berekend over het aantal lessen in scherm S3.1.2 Lessen aan secties.
- De ontwikkeltijd wordt apart weergegeven op de jaartaak.
- De weergave van de ontwikkeltijd in rapportages zoals S4.1.9 Saldo na verdeling lessen en taken.
Ad 1: Voor de docent komt 50 uur ontwikkeltijd beschikbaar.
Dit geldt alleen voor scholen waarbij uit het taakbeleid volgt dat de maximale lestaak 750 uur of hoger is en er dus een reductie van 30 uur zal moeten plaatsvinden.
Zit de school al onder de 750 uur dan hoeft er geen reductie plaats te vinden en krijgen de docenten geen ontwikkeltijd.
Bijvoorbeeld: Een school waarbij de fulltime docent maximaal 25 lessen geeft van 50 minuten gedurende 36 weken, komt uit op een maximale lestaak van 750 uur (25 x 50/60 x 36).
Volgens art. 8.2 van de CAO zal er een reductie van 30 uur moeten plaatsvinden.
De nieuwe maximale lestaak wordt dan 720 uur. Dit is te realiseren door het maximale aantal lessen te verlagen naar 24, of het aantal weken naar 34,56 of de lesduur naar 48 minuten.
Het aantal uren ontwikkeltijd dat wordt opgenomen in de jaartaak van de docent wordt als volgt berekend:
aantal geplande lessen x 50 uur / maximaal aantal lessen
Het aantal geplande lessen is het aantal lessen dat in S3.1.2 (lessen aan secties) bij de docent vermeld staat.
Het aantal uren ontwikkeltijd is in Foleta gemaximeerd op 50 op grond van navraag bij de VO-raad.
Voorbeelden:
Een docent die 24 lessen geeft op een school waar in het taakbeleid staat dat het maximum aantal lessen bij 1 FTE 24 is krijgt dus: 24 x 50 / 24 = 50 uur ontwikkeltijd.
Een docent die 12 lessen geeft op een school waar in het taakbeleid staat dat het maximum aantal lessen bij 1 FTE 24 is krijgt dus: 12 x 50 / 24 = 25 uur ontwikkeltijd.
Voor alle gebruikers van Foleta is standaard voor 2019 - 2020 50 klokuren ontwikkeltijd ingevoerd in menu S2.2.1.
Is er binnen uw school afgesproken met een andere waarde te rekenen (bijvoorbeeld scholen waar de maximale lestaak al onder de 750 uur ligt), dan kunt u deze waarde hier aanpassen.
Indien de waarde nul wordt ingevoerd wordt er geen regel met ontwikkeltijd op de jaartaak van de docent vermeld.
Ad 2: De maximale lestaak wordt met 30 uur verminderd (van 750 naar 720 uur).
De maximale lestaak vertaalt zich in Foleta in het opgegeven van het maximaal aantal lessen, de lesduur en het aantal weken in menu S2.2.1.
Bij scholen die uitgaan van lessen van 50 minuten gedurende 36 weken resulteert dit in 25 wekelijkse lessen van 50' gedurende 36 weken: 25 x 50/60 x 36 = 750.
Bij een afwijkende lesduur, een andere max. les of een ander aantal weken zullen de getallen die tot dit resultaat leiden (nu 720 uur) een andere waarde hebben.
Omdat er nu uitgegaan wordt van 720 uur zal dit resulteren in:
een maximale lestaak van 24: 24 x 50/60 x 36 = 720
een ander aantal weken: 25 x 50/60 x 34,56 = 720
of een andere lesduur: 25 x 48/60 x 36 = 720
Of combinaties van meerdere aanpassingen.
Conclusie: In S2.2.1 zullen door de school zelf de aangepaste waarden ingevuld moeten worden.
Ad 3: De ontwikkeltijd wordt apart weergegeven op de jaartaak.
Bij elke docent wordt op zijn/haar taakbrief dit aantal uren (afhankelijk van het aantal lessen in S3.1.2) weergegeven.
Bij de aanstellingen ziet u bovenaan het scherm:
In het blok onderaan het scherm:
In de formatieberekeningen wordt ook met dit aantal uren rekening gehouden. De benodigde formatie voor lessen gaat omhoog als het aantal lessen gelijk blijft omdat een docent minder lessen kan verzorgen.
Zie menu S2.4.2, tab Benodigd.
Voor de wijziging:
Na de wijziging:
Oplossingen kunt u onderzoeken door gebruik te maken van scenario's. Zie hier voor een toelichting.
Ad 4. In S2.2.8 (takenlijst) en in S2.2.2. tab 'berekende taken' kunnen taken aangemaakt worden met de taaksoort ontwikkeltijd.
Doel: Het gaat in S2.2.2 en S2.2.8 er om dat je de uren van de ontwikkeltijd, die je al hebt gekregen als recht, gaat verantwoorden.
Door gebruik te maken van de taaksoort Ontwikkeltijd worden de taken niet verrekend met de te werken uren (1659) maar met de Ontwikkeltijd.
Op deze manier is het voor de school mogelijk om de verantwoording van de toegekende uren ontwikkeltijd in Foleta te administreren (vergelijkbaar met de uren voor deskundigheidsbevordering).
Menu S2.2.2, tab Berekende taken:
Menu 2.2.8, individueel toe te delen taken, vallend onder de ontwikkeltijd.
Op de jaartaak:
Ad 5. Saldo na verdeling lessen en taken S4.1.9.
Onderwijs(tijd) en contacttijd
Het aantal contactmomenten van docenten met leerlingen kan verminderen door andere vormen van leren, zoals het gebruik van media, stagebezoek en zelfstudie in het studiehuis. Ook hoorcolleges voor grotere groepen maken het mogelijk minder contacttijd in te zetten. Terwijl de leerlingen voldoende onderwijs(tijd) krijgen, kunnen docenten volstaan met minder contacttijd. Het is dus mogelijk dat het onderwijs gelijk blijft en de maximale lestaak van de docent afneemt. Die tijd kunnen docenten gebruiken als ontwikkeltijd. Het verlaagt de werkdruk terwijl er evenveel onderwijs wordt verzorgd. De wetgever heeft het in de cao van enkele jaren geleden mogelijk gemaakt de lessentabellen zodanig in te richten.
In het voorbeeld hierboven zien we dat er 1590 lessen worden verzorgd en als docenten maximaal 25 lessen geven, is daarvoor 63,6000 fte nodig. Bij 24 lessen is dat 66,2500. Wat een toename van het aantal benodigde fte's is. Maar het is ook mogelijk om minder lessen te verzorgen. Als we de benodigde formatie gelijk houden (63,6000), dan moet het aantal lessen terug naar 63,600 x 24 = 1526,4 lessen.
Hoe kunt u minder lessen verzorgen en toch voldoende onderwijs verzorgen? Hieronder enkele mogelijkheden:
- Niet formatieve lessen zoals stages.
- Een deel van de lessen als keuzewerktijd met minder of andere begeleiding.
- Hoorcolleges in de bovenbouw Havo en Vwo.
Ad 1. Niet formatieve lessen zoals stages
> Maak een vak aan in menu S1.1.4, bijvoorbeeld stage.
> Maak, indien nodig, een sectie aan in menu S1.1.3 waar de stage onder valt.
> Zet het vak op de lessentabel en verminder elders in de tabel het aantal lessen.
> Vink formatief uit ten teken dat het een niet formatieve les is.
Ad 2. Een deel van de lessen in keuzewerktijd
De meeste scholen maken hier overigens al gebruik van. U voegt KWT-lessen toe, of hoe die lessen ook genoemd worden, en haalt die uren elders weg uit de lessentabel.
Zie hier voor een toelichting.
Ad 3. Hoorcolleges
> Voor AK worden bijvoorbeeld 3 lessen per week verzorgd. 40 leerlingen volgen dat vak.
> Maak een nieuw vak AK-HC. Roostercode AK. Sectie AK. Voer dat vak in en geef het 1 les.
> Zet het vak AK op 2 lessen.
> Zet de splitsingsfactor voor AK-HC op 50. De extra voorbereiding voor het hoorcolleges is een voorbeeld van het besteden van ontwikkeltijd.