In dit onderdeel van de prognose kijken we naar de lange termijn (5 jaar). We vragen ons af of er sprake zal zijn van een tekort of overschot van lessen per sectie, uitgesplitst naar bekwaamheid. Er kunnen verschillende oorzaken zijn van zo'n tekort of overschot:
- De lessentabel kan veranderen. De school besluit bijvoorbeeld minder lessen in het vak Frans aan te bieden en meer in het vak Spaans.
- Bekwaamheden worden anders gedefinieerd, het vak Tekenen is geen aparte sectie meer, maar valt voortaan onder de sectie Beeldende Vorming.
- Het aantal leerlingen dat van de basisschool komt stijgt of daalt
- Het aantal leerlingen dat van andere scholen komt stijgt of daalt.
- Het aantal leerlingen dat tussentijds de school verlaat stijgt of daalt.
- Docenten verlaten de school door pensionering of ontslag
Er kunnen dus veel redenen zijn waarom er een overschot of tekort aan lessen per sectie ontstaat op lange termijn. Met als gevolg een wijziging in de behoefte aan personeel met bepaalde bekwaamheden. Een en ander is moeilijk in te schatten. Daarnaast zijn er nog enkele factoren die de prognose lastig maken, zoals:
- Dubbele bevoegdheden. Stel dat er een docent met bekwaamheid Nederlands is, die ook geschiedenislessen mag geven en die dat al jaren als enig vak verzorgt. Als blijkt dat er een overschot zal ontstaan in de sectie Nederlands, moet die docent dan meetellen als het gaat om het berekenen aan het overschot aan Neerlandici?
- Bevoegdheden veranderen. De docent Frans besluit ook een bevoegdheid Nederlands te halen. Is er dan over enkele jaren een nog groter overschot aan Neerlandici? Of aan docenten Frans?
- Sommige lessen worden al jarenlang onbevoegd verzorgd. Wat doen we daarmee?
- Voor sommige vakken is geen bekwaamheid nodig, zoals het mentoraat. Wat betekent dat voor krimp en groei?
- Docenten verlaten de school en andere docenten met andere bekwaamheden komen binnen. Daar heeft de school niet altijd vat op.
Let daarom op het volgende:
- De prognose trekt de huidige situatie lineair door naar de toekomst. Worden er nu bij bijvoorbeeld 1000 leerlingen 200 lessen Nederlands verzorgd, dan blijft die verhouding gehandhaafd. Verwachten we over 5 jaar 1200 leerlingen, dan betekent dat er 240 lessen Nederlands verzorgd moeten kunnen worden.
- De prognose op lange termijn geeft een richting aan. Het is een signaal dat bepaalde cijfers nader bestudeerd moeten worden bij bijvoorbeeld het nemen van besluiten op het gebied van scholing en promotie.